Rentevisie
De gemeente Venlo volgt de rentevisies van enkele grote banken en volgt de ontwikkelingen op de kapitaal- en geldmarkt continu. De rente ontwikkeling laat zich namelijk, zoals de afgelopen jaren is aangetoond, erg moeilijk voorspellen. Wel worden de rente ontwikkelingen nauwlettend gevolgd via landelijke media, websites van enkele banken en wekelijkse rentenotitie’s van financiële dienstverleners.
Financieringspositie
In 2020 wordt als gevolg van nieuwe uitbreidings- en vervangingsinvesteringen en reguliere aflossingen op de leningenportefeuille een (her)financieringsbehoefte geraamd van circa € 26.000.000. Voor € 21.000.000 kan hierin worden voorzien uit de nog beschikbare financieringsmiddelen en de vrijkomende cashflow uit de exploitatie. De resterende financieringsbehoefte van € 5.000.000 wordt in eerste instantie met kasgeld gefinancierd. Indien dit nodig blijkt wordt hiervoor in een later stadium een langlopende lening aangetrokken.
Voor 2021 wordt een financieringsbehoefte geraamd van € 6.000.000, voor 2022 € 26.000.000 en voor 2023 € 5.000.000.
Het restantbedrag van de opgenomen langlopende geldleningen zal eind 2020 circa € 262.000.000 bedragen. Hiervan is een bedrag van€ 10.500.000 onder dezelfde voorwaarden door verstrekt aan woningcorporaties.
In bijlage VIII is een meerjarig geprognosticeerde balans opgenomen. Deze geeft onder andere inzicht in de financieringsstructuur en waaraan de gemeentelijke financieringsmiddelen zijn besteed.
Navolgende tabel geeft vijf indicatoren aan waarmee onder andere de schuldpositie gemonitord wordt. In deze paragraaf worden onderstaande indicatoren individueel toegelicht. In de paragraaf Weerstandsvermogen vindt de interpretatie van de schuldindicatoren in samenhang en in de bredere context van de financiële positie plaats.
Schuldindicatoren | NL(1) | Ref | Rek | Begr | Begr | Begr | Begr | Begr |
Solvabiliteitsratio | 35% | 29% | 15% | 19% | 21% | 22% | 23% | 24% |
Schuldquote (netto schuld / exploitatie) | 55% | 89% | 58% | 60% | 65% | 69% | 68% | 69% |
Schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen | 47% | 77% | 51% | 53% | 57% | 61% | 60% | 62% |
Netto schuld gecorrigeerd voor verstrekte leningen per inwoner | NB | NB | € 2.239 | € 2.311 | € 2.457 | € 2.585 | € 2.583 | € 2.558 |
Rentedruk (netto rentelasten / exploitatie) | NB | NB | 2,34% | 2,29% | 1,99% | 1,96% | 1,80% | 1,85% |
1: Betreft de gerealiseerde gemiddelden van alle gemeenten in Nederland (bron: Venlo in cijfers) | ||||||||
2: Betreft de geraliseerde gemiddelden van alle gemeenten met een inwonertal tussen de 100.000 en 120.000 (bron: Venlo in cijfers) |
- Solvabiliteitsratio 21%
De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de weerbaarheid van de gemeente. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe hoger de weerbaarheid. Onder de solvabiliteitsratio wordt verstaan het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal. Het eigen vermogen van een gemeente bestaat volgens artikel 42 BBV uit de reserves (zowel de algemene reserve als de bestemmingsreserves) en het resultaat uit het overzicht van baten en lasten. Uw raad heeft een streefwaarde van ≥ 20% vastgesteld.
De solvabiliteitsratio voor 2020 wordt begroot op 21% en gaat zich meerjarig ontwikkelen naar 24%. Dit betekent dat de door uw raad vastgestelde streefwaarde van minimaal 20% binnen de huidige meerjarenraming wordt bereikt. De solvabiliteit van gemeenten met een inwonertal tussen de 100.000 en 120.000 en het landelijk gemiddelde ligt nog duidelijk hoger: 29% respectievelijk 35% De solvabiliteit kan o.a. worden verbeterd door ofwel meer reserves aan te gaan houden (sparen) ofwel door minder te investeren, waardoor de financieringsbehoefte lager wordt en er minder geleend hoeft te worden.
- Schuldquote 65% en Schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen 57%
De schuldquote geeft aan hoe hoog de netto schuld is ten opzichte van de inkomsten. Hoe hoger de inkomsten, des te meer schulden een gemeente zou kunnen dragen. De netto schuld betreft het totaal aan schulden -/- de geldelijke bezittingen die niet zijn ingezet voor de publieke taak. Bij de inkomsten wordt uitgegaan van inkomsten vóór bestemming van reserves, omdat de inzet van reserves geen inkomsten zijn. Bij een schuldquote hoger dan 130% is sprake van zeer hoge schuld. De door Uw raad vastgestelde streefwaarde is < 130%. Volgens de VNG bevindt de schuldquote van een gemeente zich normaal tussen de 0% en 100%. De schuldquote ultimo 2020 wordt geraamd op 65% en stijgt naar 69% in 2023. Ten opzichte van de primaire begroting 2019-2022 liggen de schuldquotes ruim 10% lager. Deze afname wordt met name veroorzaakt doordat er minder geld hoeft te worden geleend, doordat er meer is gespaard vanuit de exploitatie en de bijdrage uit het fonds tekortgemeente sociaal domein € 21.700.000. Anderzijds zijn de inkomsten toegenomen, waardoor de schuld relatief kleiner is geworden.
Naast bovenstaande zijn er nog twee factoren die van invloed zijn op de schuldquote en bij de analyse betrokken moeten worden: de uitleenquote en het kengetal grondexploitatie. De uitleenquote bestaat uit de uitgeleende gelden als aandeel van de inkomsten. In Venlo is die 8%. De schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen komt daarmee uit op 57%. Het kengetal grondexploitatie bestaat uit de voorraad bouwgrond (inclusief bouwgrond in exploitatie en overige voorraden) als aandeel van de inkomsten en is 3%. Op grond hiervan zou je kunnen stellen dat de effectieve schuldquote 54% is (65% - 8% -3%). Immers voor de uitgeleende gelden wordt rente en aflossing ontvangen, waardoor de hiervoor aangetrokken leningen niet op de exploitatie drukken. En met de verkoop-opbrengsten van de voorraad bouwgrond kunnen leningen worden afgelost. Anderzijds is het zo dat er over de uitgeleende gelden en de voorraad bouwgrond ook risico wordt gelopen. Dit is de reden waarom de uitleenquote en het kengetal grondexploitatie niet rechtstreeks met de schuldquote worden verrekend maar apart in beeld worden gebracht.
- Netto schuld gecorrigeerd voor verstrekte leningen per inwoner € 2.457
Deze indicator betreft de netto schuld gecorrigeerd voor verstrekte leningen afgezet tegen het aantal inwoners. Ten opzichte van het landelijk gemiddelde is de netto schuld gecorrigeerd voor verstrekte leningen per inwoner relatief hoog, maar ongeveer gelijk aan de referentiegemeenten. De verwachting is dat deze gaat stijgen tot € 2.558 in 2023.
- Rentedruk 1,99%
De rentedruk geeft de netto rentelasten weer ten opzichte van de inkomsten vóór bestemming van reserves. Deze indicator geeft weer welk deel van de exploitatie gebonden is door het betalen van rente. Volgens de financiële barometer, een financiële stresstest die in ontwikkeling is bij een landelijke overleg groep van financiële beleidsmakers van 100.000+ gemeenten, is een rentedruk tussen de 1% en 3% normaal voor een gemeente.